2 Kronieken 28:13

SVEn zij zeiden tot hen: Gij zult deze gevangenen hier niet inbrengen, tot een schuld over ons tegen den HEERE; denkt gijlieden toe te doen tot onze zonden en tot onze schulden, hoewel wij vele schulden hebben, en de hitte des toorns over Israel is?
WLCוַיֹּאמְר֣וּ לָהֶ֗ם לֹא־תָבִ֤יאוּ אֶת־הַשִּׁבְיָה֙ הֵ֔נָּה כִּי֩ לְאַשְׁמַ֨ת יְהוָ֤ה עָלֵ֙ינוּ֙ אַתֶּ֣ם אֹמְרִ֔ים לְהֹסִ֥יף עַל־חַטֹּאתֵ֖ינוּ וְעַל־אַשְׁמָתֵ֑ינוּ כִּֽי־רַבָּ֤ה אַשְׁמָה֙ לָ֔נוּ וַחֲרֹ֥ון אָ֖ף עַל־יִשְׂרָאֵֽל׃ ס
Trans.wayyō’mərû lâem lō’-ṯāḇî’û ’eṯ-haššiḇəyâ hēnnâ kî lə’ašəmaṯ JHWH ‘ālênû ’atem ’ōmərîm ləhōsîf ‘al-ḥaṭṭō’ṯênû wə‘al-’ašəmāṯênû kî-rabâ ’ašəmâ lānû waḥărwōn ’āf ‘al-yiśərā’ēl:

Aantekeningen

En zij zeiden tot hen: Gij zult deze gevangenen hier niet inbrengen, tot een schuld over ons tegen den HEERE; denkt gijlieden toe te doen tot onze zonden en tot onze schulden, hoewel wij vele schulden hebben, en de hitte des toorns over Israel is?


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּאמְר֣וּ

En zij zeiden

לָ

-

הֶ֗ם

-

לֹא־

niet

תָבִ֤יאוּ

inbrengen

אֶת־

-

הַ

-

שִּׁבְיָה֙

tot hen: Gij zult deze gevangenen

הֵ֔נָּה

hier

כִּי֩

-

לְ

-

אַשְׁמַ֨ת

tot een schuld

יְהוָ֤ה

ons tegen den HEERE

עָלֵ֙ינוּ֙

over

אַתֶּ֣ם

gijlieden

אֹמְרִ֔ים

denkt

לְ

-

הֹסִ֥יף

toe te doen

עַל־

tot

חַטֹּאתֵ֖ינוּ

onze zonden

וְ

-

עַל־

en tot

אַשְׁמָתֵ֑ינוּ

onze schulden

כִּֽי־

hoewel

רַבָּ֤ה

wij vele

אַשְׁמָה֙

schulden

לָ֔

-

נוּ

-

וַ

-

חֲר֥וֹן

hebben, en de hitte

אָ֖ף

des toorns

עַל־

over

יִשְׂרָאֵֽל

Israël


En zij zeiden tot hen: Gij zult deze gevangenen hier niet inbrengen, tot een schuld over ons tegen den HEERE; denkt gijlieden toe te doen tot onze zonden en tot onze schulden, hoewel wij vele schulden hebben, en de hitte des toorns over Israel is?


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!